Ruim een maand nadat het pijpwerk uit het orgel gehaald is hebben de medewerkers van orgelbouwer Flentrop uit Zaandam het resterende gedeelte van het inwendige van het orgel verwijderd. Dat was zo eenvoudig nog niet, de grootste onderdelen, de windladen, zijn objecten van formaat en van gewicht, tot een paar honderd kilo aan toe. Ze zijn zoveel als mogelijk gedemonteerd om het gewicht per deel lager te krijgen zodat ze nog enigszins hanteerbaar waren. Maar dat is gelukt, daarnaast is ook de speeltafel weggehaald en voor revisie meegenomen naar de orgelmakerij. Wat nog in het orgel aanwezig is beperkt zich tot delen van het regeerwerk, dat wil zeggen de verbindingen (‘tractuur’) van de toetsen en de registers. Alhoewel de kenner enigszins weet hoe verfijnd zo’n groot instrument in elkaar zit, sta je toch verbaasd over de hoeveelheid onderdelen die uit het orgel komen. En dan moet het zaakje uiteindelijk ook weer in elkaar gezet worden.
Hiervoor is alles uitgebreid gedocumenteerd en zijn alle onderdelen van labels voorzien. De orgelkas zelf is nu zo goed als leeg, er zal op z’n tijd nog wat materiaal gehaald en gebracht worden, maar in de kerk zelf zullen we weinig vernemen van al het werk dat verzet wordt, dat gebeurt de komende tijd voornamelijk in de werkplaats van Flentrop.
Tussentijds zullen we van de voortgang op de hoogte gehouden worden en krijgen we ook de gelegenheid om in Zaandam een kijkje te gaan nemen om te zien hoe ze ons orgel onderhanden nemen.
Inmiddels hebben we de nodige kerkdiensten gehad zonder de beschikbaarheid van het grote orgel, met het koororgel moeten alle zeilen bijgezet worden om het nodige volume te creëren. Met enige regelmaat hebben we beschikking over instrumentalisten en een gelegenheidskoor, de situatie zet aan tot creativiteit en dat is op zich niet verkeerd. Daar kunnen we wanneer het grote orgel weer in functie is nog lang profijt van hebben!
Arjan Oosterhof
foto: Peter den Hartog